Persbericht - Beklaagde krijgt 15 maanden cel voor aantasting seksuele integriteit minderjarige
De rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen (afdeling Oudenaarde) heeft een man van Nederlandse nationaliteit veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf, gedeeltelijk met uitstel onder bepaalde voorwaarden, voor de aantasting van de seksuele integriteit van een minderjarig meisje. Voor de aanklacht van verkrachting werd hij vrijgesproken.
Aanleiding en feiten
Het minderjarige meisje komt uit een kwetsbare gezinssituatie en verblijft tijdens de week in een instelling voor kwetsbare jongeren. Daar was ze bevriend geraakt met de dochter van de beklaagde. Om die reden verbleef ze in de periode tussen januari en november 2023 in het weekend soms in het huis van de beklaagde. Daar zou de grensoverschrijdende handelingen met haar hebben verricht. Op het moment van deze feiten was het meisje 15 jaar oud.
Na een getuigenis van een dochter van de beklaagde en een klacht van de vader van het minderjarige meisje werd de beklaagde gearresteerd. Hij ontkende de feiten en sprak over een loutere vriendschap tussen hemzelf en het minderjarige meisje. De beklaagde gaf wel toe het minderjarige meisje regelmatig geknuffeld te hebben.
Beoordeling
De tenlastelegging van verkrachting is niet bewezen. Bij verkrachting moet sprake zijn van een seksuele penetratie. Het is niet aangetoond dat de beklaagde deze specifieke handeling heeft gesteld op het minderjarige meisje.
De beklaagde is wel schuldig bevonden aan een eenmalige aantasting van de seksuele integriteit van het minderjarige meisje, en dit op datum van 1 oktober 2023. Deze feiten zijn – onder meer gelet op de getuigenverklaring – voldoende bewezen geacht. Voor de periode van 1 januari 2023 tot en met 30 september 2023 en van 2 oktober 2023 tot en met 9 november 2023 is deze tenlastelegging niet bewezen, en wordt de beklaagde vrijgesproken.
Strafmaat
De rechtbank heeft de beklaagde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 maanden, gedeeltelijk met uitstel, en onder bepaalde voorwaarden. De beklaagde wordt tevens voor 5 jaar uit bepaalde rechten ontzet. De beklaagde zat in voorarrest in de gevangenis van Oudenaarde. Aangezien het effectieve gedeelte van de straf werd beperkt tot de voorhechtenis, wordt hij nu in principe vrijgelaten – weliswaar onder voorwaarden. Een van de voorwaarden is een absoluut contactverbod met de minderjarige.
Aan de burgerlijke partij (de voogd van het minderjarige meisje die zich in haar naam burgerlijke partij stelde) moet de beklaagde een schadevergoeding van 1.000 euro betalen.
De rechtbank tilt zwaar aan de feiten. Zo is er sprake van een ernstig verstoord normbesef bij de beklaagde.